Vincentius Mechelen-Noord

woensdag 5 juni 2024

Hand in hand met lokale gemeenschappen – Deel 2

Steun aan verenigingen die begaan zijn met armoede is al lang een doelstelling van Rotary Club Mechelen Opsinjoor. Naast de jarenlange financiële steun, kreeg de vereniging Vincentius Mechelen-Noord onlangs technische hulp van ons clublid Tom Moortgat, dit in het kader van ons project ‘Handen uit de mouwen.’ 

Erich Ruelens (L) en Tom Moortgat (R)

De vrijwilligers van Vincentius Mechelen-Noord bieden minderbedeelden een gamma van dienste aan : gratis voeding, kleding, administratieve hulp, begeleiding bij schuldeisers, maar vooral luisteren en de mensen een gevoel van eigenwaarde geven om zich opnieuw te kunnen integreren in de maatschappij.

Een van de drijvende krachten in de organisatie is Erich Ruelens.

Erich Ruelens: ‘Naast de financiële steun van serviceclubs zoals Rotary Club Mechelen Opsinjoor, private personen en bedrijven, krijgen we hoofdzakelijk voedingsmiddelen van de voedselbank, EU-overschotten, foodsavers Mechelen en andere bedrijven zoals grootwarenhuizen die allerlei voedingsmiddelen gratis ter beschikking stellen.’

Uniek aan het concept van Vincentius is de winkelkar.

Erich Ruelens : ‘Vroeger beslisten wij zelf over de voedselpakketten die we ter beschikking stelden. Dat was voor iedereen hetzelfde, maar dat beantwoordde onvoldoende aan de specifieke noden van de mensen. We introduceerden daarom het concept van winkelen als in een supermarkt. ‘Klanten’ kunnen, net als in de supermarkt, met hun winkelkar zelf langs de rayons gaan. Zo kunnen ze zelf bepalen wat ze nodig hebben en hoeven ze niet meer de zoveelste doos pasta aan te nemen die ze uiteindelijk toch niet nodig hebben.’

Afhankelijk van de individuele noden, krijgen de mensen bij aankomst een codekaart, naar gelang van de grootte van het gezin. Heel het systeem berust op een computerprogramma dat lang geleden werd ontwikkeld, maar intussen was verouderd. 

Tom Moortgat – ‘Dat was een zeer goed programma, maar aan een upgrade toe. Tijdens een inzamelactie van kleding door onze club, kwam dit probleem ter sprake. Ik heb me er even mee bezig gehouden, en nu werkt het weer perfect. Met mijn technische kennis heb ik op een andere manier een bijdrage kunnen leveren.’

De vereniging beschikt ook over een kledingafdeling. Kledij op overschot die niet wordt verdeeld onder de behoeftigen, wordt verkocht. Iedereen kan er kledij kopen en de opbrengst wordt gebruikt voor schoolkosten, allerlei sportactiviteiten en uitstappen voor de behoeftige kinderen. Door onze succesvolle inzamelactie bij de clubleden konden we dus ook hier ons steentje toe bijdragen.